woensdag 26 maart 2014

Beleeftuin (gene showtuin) | ; What does that garden deliver ? | de types van tuin

Om vijf uur deze ochtend zetten de foorkramers heel Antwerpen dicht uit ongenoegen over de hun toegewezen plek voor de Sinksefoor in 2015. Brussel ontvangt de Amerikaanse president, ook daar zit het verkeer niet mee. 
Toeval, geen opzet, wilt dat uw coach Clark Kent vandaag thuiswerkt. 

Naast regelarbeid ook nog tijd om enkele mensen aan te schrijven voor sponsoring van een beleef-tuin voor mensen met dementie.

Gisteren vergaderden we en hoorde ik iemand zeggen waarvan ik dacht 'hela, dat is ook mijn ervaring!'. Die gedeelde ervaring is dat je in je werk soms aan dingen niet toe komt, en dat wanneer je er later op denkt deze zich vanzelf hebben opgelost. 
Dat is geen strategie, maar zo gebeurt het wel eens, no panic.

Terwijl ik thuis was , is de bouwcommissie in het woonzorgcentrum gepasseerd en daar onze tuin nog beter toegankelijk moest worden voor de brandweer is meteen beslist om het grasveld in zones te verdelen. 

Toeval wilt dat de-zogenaamd-meest-dieronvriendelijke-medewerkster en haar tuin-minnende-collega G-man plots ter plaatse moesten beslissen. Zij hebben er voor gezorgd dat de beleef-tuin een mooie basisstructuur krijgt, prachtig.
Mijn mentor stuurde me een publicatie over tuinen voor mensen met dementie, en onze animatrice dook in de boeken. Morgen zitten we samen in projectgroep. Wat levert de beleef-tuin op ?

(klik op deze link) Hier vind je de volledige publicatie.

Zoals ik aanhaalde heeft een to do zich als vanzelf opgelost omdat beiden wisten wat ze wilden, leuke, belevingsgerichte en nette tuinzones om te bezoeken en om in te dwalen, is dit binnen een tijdje realiteit. Moeder aarde moet dan alleen de haagstruiken laten groeien. 

Alles begint met een idee en een grondplan, niet met iemand die lukraak een dier meebrengt en het aan zijn lot over laat. Na tien jaar de loslopende hanen uit de bomen moeten schieten , is niet ons idee van een geweldig plan.

Een toegewezen plek kan dus een prima plek zijn of worden. Alles heeft natuurlijk wel een vruchtbare plek nodig. Tuinmannen weten dat ze zon nodig hebben, foorkramers weten dat ze kort bij klanten moeten staan. Presidenten zijn de enige die altijd hun goesting krijgen, en-dan-nog. Laten we er de allerbeste tuin van maken die we er van kunnen maken, de basis (grondplan, projectplan, kennis, enthousiasme, doorzettingsvermogen) is er.

Hopelijk morgen geen wegblokkades, mijn vervoer staat al klaar. Groenten van uw coach Clark Kent,










dinsdag 25 maart 2014

Natuurfilm Kijken heeft positief effect op mensen met dementie

Uw coach Clark Kent reblogd een stuk van Beter Door Beeld.


Vandaag heb ik op mijn eigen afdeling nog eens gezien hoe een concert van André Rieu , toch redelijk wat 'laweit' , mensen met dementie tot rust bracht. Zelfs iemand die net ontvlucht was en tegen zijn zin terug naar binnen moest.

Voor de rustige momenten zijn er natuurfilms op dienst, en dit is waarom ;

Natuurfilm kijken heeft een positief effect op mensen met dementie                                                24 maart 2014


Teveel prikkels in de omgeving van mensen met dementie roept angst en onrust op. Te weinig prikkels ook. Mensen met dementie vervelen zich vaak omdat ze weinig tot geen gedachten meer kunnen oproepen. Ze zijn erg afhankelijk van hun omgeving. De hersenen willen prikkels ontvangen. Als die er niet zijn, gaan deze mensen zelf op zoek naar prikkels en gaan lopen en dwalen, met alle onrust van dien.
Deze dolers gaan vooral op zoek naar geluids- en bewegingsprikkels. Bewegend beeld (film)  is heel geschikt omdat het zorgt voor aangename prikkels en zittend en in alle rust bekeken kan worden.
Door het kijken naar natuur ervaren mensen minder stress, ze worden rustiger en ervaren ook minder pijn, angst en vermoeidheid. Ze gaan zich prettiger voelen in hun omgeving. 
Er is veel en consequent bewijs dat het kijken naar natuur een positief effect heeft op mensen (Ulrich 1985, Van den Berg 2005)
RVDM20130814-008-bewerktFilm van Nederlandse natuur is met name voor mensen met dementie heel geschikt omdat het herkenbaar is. 
Het beeld komt overeen met hun herinneringen. 
Als kind maakten ze immers al kennis met bijvoorbeeld de eekhoorn en de koolmees. 
Televisieprogramma’s gaan voor mensen met dementie vaak veel te snel. 
Er is natuurfilm speciaal voor deze doelgroep waarbij een onderwerp minstens drie minuten in beeld is, lange filmshots van 20 seconden worden gebruikt, de achtergrond stilstaat en niet teveel bewegende onderwerpen tegelijk in beeld zijn. 
Door deze wijze van filmen en monteren is er voor deze mensen alle tijd om het beeld in zich op te nemen.

In de afdeling psychogeriatrie van het Arienszorgpalet te Enschede draait gedurende de gehele dag een anderhalf uur durende natuurfilm, in een speciaal daarvoor ingericht zithoekje in een gang. 
Bewoners lopen langs en gaan rustig zitten kijken. Familie kijkt soms mee en er ontstaat interactie. 
De verzorgende neemt de onrustige bewoner mee naar de film waardoor rustgevende medicatie vaak niet meer nodig is. 

Kortom, deze ervaringen zijn heel positief.

zaterdag 22 maart 2014

LifeCoach Clark Kent: Beleeftuin voor mensen met dementie

LifeCoach Clark Kent: Beleeftuin, Kippen, Konijnen voor mensen met demen...: Deze namiddag heeft uw coach met veel branie en ook met fatsoen een vijftigtal particulieren op zoekertjessites en handelaren-in-tuingerief ...

Beleeftuin, Kippen, Konijnen voor mensen met dementie | Schaamteloze bedeltocht van coach Clark Kent

Deze namiddag heeft uw coach met veel branie en ook met fatsoen een vijftigtal particulieren op zoekertjessites en handelaren-in-tuingerief gespammed om hen te vragen om donor te worden voor een tuinproject.


We willen een beleef-tuin maken voor ouderen, en voor mensen met dementie in het bijzonder. 

Waarschijnlijk met veel lef en enthousiasme, én weinig tot hoogst onvoldoende financiële middelen om dat tot een goed einde te brengen.

Een beleeftuin is een tuin waarin zowel actief als passief de vijf zintuigen aan bod komen.


Uw coach las vandaag heel wat over tuinen voor mensen met dementie, het komt hier op neer ;

Horen : ruisen van riet en gras, dierengeluiden, windgong, klaterend water, bezoekers, rustgevende muziek
Zien : kleuren, beweging, de seizoenen, tuin-op-poten, het weer, beestjes, insecten, kinderen, andere mensen, tuinlantaarns, voederpaal voor wintervogels, kunst 
Ruiken : bloemengeuren, kruiden, zuivere lucht, dieren
Proeven : een picknick, barbecue, een koffie in de tuin, vruchten, groenten, eieren, kruiden, 
creatieve balustrade om je staande te houden
Tasten : grond, fris, warm, koud, planten, bladeren, vacht, veren, levende wezens, ontmoetingen, rust

..en de rest zijn aandachtspunten en tips.









Is dat nu echt de moeite waard zo een tuin ?

Het zal een groot verschil maken in het dagelijkse leven van bewoners om dit te beleven. Het vergroot het thuis-gevoel en de rust. Ongedurige bewoners die naar huis willen krijgen meer het gevoel van :

"Het zou juist kunnen zijn dat ik hier woon, zoals men mij zegt!"

zorgmedewerkers zeggen graag dingen als :

"Je zou dit verankering door het thuis-gevoel kunnen noemen."

Als je aan elk onderdeel een paar honderd euro uitgeeft dan heb je al wat weet ik uit ervaring als tuintherapeut in de psychiatrie. 
Sponsoring is een zorg voor binnenkort , maar een ganse namiddag hengelen op het internet bracht al wat contacten op gang. Hopelijk gaat dat wat bollen.

Siel is onze eerste donateur met deze konijnenren om bij rolstoelpatiënten te zetten. Merci Siel !




de moestuinbak






























Mijn vroegere tuinproject maakte de tongen en spieren los bij psychiatrisch belaste mensen , maar ook bij medewerkers. 'Tuinieren voor stijve harken' heet dat op zijn Hollands, hier in Vlaanderen zijn we fatsoenlijker. Het brengt een alternatieve, een extra manier van omgaan met mensen binnen in huis, in de relaties. Dit project zie ik uit ervaring dan ook helemaal zitten. 

Wat ik verder las was informatie over kippen en konijnen, diertjes die eens dat ze goed gehuisvest zijn relatief weinig kosten in onderhoud t.o.v. andere huisdieren. Ze geven er veel voor terug.
Rassen die niet je hele gazon slopen zijn er ook ..en nog van die gouden wenken en goede raad. Ik werd een echte kippen-coach.

Groetjes van coach Clark Kent,









Kippen houden iets voor u?
Kippen zijn gezellige en eenvoudig te houden huisdieren. Ook in de achtertuin. Ze verlevendigen de tuin, zijn makkelijk te verzorgen en leggen ook nog eieren. Kinderen en kippen gaan goed samen en ook een weekendje weg is geen enkel probleem, kippen kunnen gemakkelijk een dagje alleen thuis zijn. Voor een kippenhok met een hoogte van maximaal één meter en een oppervlakte tot twee m² is een vergunning niet nodig en ook de kosten voor het houden van een aantal kippen in de tuin is beperkt.

Wat heeft u nodig?
·         Een kippenhok met buitenren
·         Legnesten (om eitjes in te leggen)
·         Zitstokken (om op te slapen, kippen slapen zittend)
·         Zandbad (verzorging van de veren)
·         Bodembedekker (bijvoorbeeld beukenhoutsnippers of houtvezels)
·         Voer- en drinkbakken (stevig en zwaar)
·         Goed voer

Het natuurlijk voedsel van kippen bestaat uit granen, zaden, bessen, planten en diverse kleine diertjes zoals wormen en slakjes. Wanneer kippen vrij kunnen rondscharrelen zijn het dus alleseters en zullen de dieren zelf bepalen wat ze nodig hebben. Voor kippen die in een hok worden gehouden is een afwisselend menu een voorwaarde voor een optimale conditie, aangezien de dieren niet zelf kunnen bepalen wat ze eten is het verstrekken van een verantwoorde, uitgebalanceerde en kwalitatief goede voeding noodzakelijk.
Geef uw kippen compleet kippenvoer
Vul dit aan met een mengeling van granen voor de scharrelbehoefte
Kippengrit (bron van calcium) & maagkiezel (voor het verteren van het voer)
Verstrek dagelijks vers drinkwater
Voeg aan het drinkwater gezondheidssupplementen toe voor een goede algehele weerstand en een gezonde darmflora.
Op zijn tijd een tussendoortje (bijv. een meelworm)
Wilt u uw kippen lekker laten rondscharrelen in de tuin? Dat kan, strooi een handje scharrelmix of gemengd graan in de tuin om de kippen lekker bezig te houden en zelf hun maaltje bijeen te scharrelen.

Met voldoende aandacht worden uw krielen handtam.

Kippenrassen die uw tuin niet vernielen zijn (de rustigste)
mini kippen (Serama)
kriel kippen (Cochin Kriel)
middelgrote kippen (Wyandotte)
Grote (Bratuma)


Kippen in de tuin - de huisvesting



Het hok en de ren moeten afgewerkt zijn vóór je de kippen koopt of ontvangt. Het gebeurt maar al te vaak dat mensen in een vlaag van enthousiasme thuiskomen met enkele mooie kippen die dan in een voorlopig en miserabel optrekje moeten leven. 


Het hok is de binnenruimte waar de kippen verblijven en (soms) schuilen voor de regen. De dieren “roesten” of slapen, of leggen er eieren. Daarom moet het hok aan een aantal voorwaarden voldoen. 
Oppervlakte
Voor een toom van 3 niet te zware legkippen is een oppervlakte van 0,75m²
(1m x 75cm) een absoluut minimum. Overbevolking leidt tot verenpikken.
Maak het hok minstens 80 à 90 cm hoog. 
Ventilatie
Het hok moet voldoende verlicht en verlucht zijn. Een goed klimaat in het hok heeft een positieve invloed op de gezondheid en de leg.
Tocht is uit den boze. Vermijd daarom spleten en klieren.
Een goede ventilatie krijg je door in één van de wanden van het hok onderaan een opening te voorzien – logischerwijs is dit de ingang voor de kippen – en bovenaan een verlichtings- en verluchtingsrooster ter plaatsen.
Doe dit in een wand die niet naar de overheersende windrichting is gekeerd. Het is aan te bevelen deze openingen op het zuid(oosten) te oriënteren.
De kans dat het binnenregent, is dan het kleinst. Droge, frisse lucht die het hok binnenkomt, wordt opgewarmd door de lichaamswarmte van de kippen en verlaat het hok langs de opening bovenaan.
De luchtstroom voert ook het vocht mee dat ontstaat door de uitademing van de kippen en de verdamping van de mest.
Een vochtig hok is ongezond voor de kippen, het doet de houten constructie sneller rotten en laat de mest samenkoeken.  
Vocht en ongedierte vermijden
De constructie moet het binnendringen van zowel vocht -  regen en grondvocht – als van ratten en roofdieren vorkomen. Een overhangend dak is aan te raden. De gebruikte bouwmaterialen moeten behandeld zijn tegen vocht en rot.
Gebruik milieuvriendelijke producten die niet toxisch zijn, op basis van lijnzaadolie of natuurlijke oliën. Behandel het hout enige tijd vóór je kippen in het hok plaatst.
Veiligheid
Vermijd scherpe hoeken of uitstekende spijkers. Dit is niet enkel belangrijk voor de kippen maar ook voor jezelf of voor je huisgenoten tijdens het rapen van de eieren.
Er zijn kleine, handige, houten kippenhokken in de handel. Ze zijn doorgaans niet echt goedkoop maar voldoen wel aan de eisen. Sommige gemeenten en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden bieden in het kader van hun kippenproject ook een goed kippenhok aan. Je kan natuurlijk zelf aan de slag gaan. 
We geven je hieronder enkele tips:
§  Maak het hok voldoende stevig maar toch ook weer niet zo zwaar dat je het niet meer kan verplaatsen.
§  Plaats het hok op vier stevige poten. Zo blijft het droog, win je ruimte en hou je gemakkelijker ongedierte buiten.
§  Maak het hok gemakkelijk toegankelijk – dak of zijwand uitneembaar – zodat je het eenvoudig kan reinigen en zonodig desinfecteren. Leg onderaan een dik pak droog strooisel. Voorzie een mestschuif zodat je het eenvoudig kan verversen.
Voor een kleine tuin en een beperkt aantal kippen is een verplaatsbaar houten hok zeer geschikt. Een hok op poten van 50 tot 80 cm hoog is ideaal. De kippen kunnen er onder schuilen bij regen en zon. Het is ook de ideale plaats voor een stofbad. Een loopplank met dwarslatjes verschaft de kippen toegang tot het hok. In het ruim overhangende en hellende dak voorzie je een scharnierend deel waarlangs de eieren geraapt worden. In het hok bevindt zich, hoger geplaatst dan het nest, een zitstok. Tegen de zijwand monteer je tenslotte een kleine automatische voederbak.
De vloer van het hok is een mestschuif met opstaande wand waar je een laag van een paar centimeter houtkrullen aanbrengt. De drinkbak hang je onder het hok. Hou het hok verder zo eenvoudig mogelijk zodat je het zonder moeite kan schoonmaken, inspecteren op rode vogelmijt en eventueel desinfecteren. Maak de houten wanden en het dak op een milieuvriendelijke manier vochtbestendig. 
•De kippeninkom
De opening waarlangs de kip in het hok kan, maar je zo’n 25 cm breed en 30 cm hoog. Je richt ze naar het zuiden of het oosten. Staat ze toch in de richting van de heersende wind, dan beschut je ze door er een struik of een kleine schutting voor te plaatsen.
Voorzie een deur of klep waarmee je de opening en dus ook het hok kan afsluiten. Dat is handig wanneer je een kip wil vangen of wanneer je de dieren buiten wil houden om het hok te verversen. Wil je het hok iedere nacht of voor langere tijd gesloten houden? Plaats dan een rooster in het deurtje zodat de luchtcirculatie in het hok niet verhinderd wordt. 
•Inrichting van het hok
Bij een gemetseld hok gaat de voorkeur naar een gladde, betonnen vloer.
Het houdt ratten weg en biedt bescherming tegen vocht, koude en roofdieren. Het laat ook toe het hok eenvoudig te reinigen en te desinfecteren.
De oprand van de vloer moet ervoor zorgen dat de mest niet langs de deur of de kippeninkom naar buiten valt. Voorzie een opstapje voor jezelf en een loopplank voor de kippen. 
Vaak wordt in een groter hok de helft tot eenderde van de oppervlakte voorzien van een mestrooster. Het heeft een maaswijdte van 2,5 x 5 cm en bevindt zich op een houten kader. Maak het verwijderbaar en stevig zodat de kippen erop kunnen lopen. Daarboven wordt dan de zitstokken en de voederbak geplaatst. Op die manier komen uitwerpselen en gemorst eten op een plaats terecht waar de kippen er niet kunnen in krabben. In een klein hok voorzie je onder de zitstokken een mestplank of mestschuif.
De strooisellaag in het hok moet niet zo vaak worden ververst. Een paar keer per jaar is doorgaans voldoende. Onder de zitstokken doe je dit best wat vaker.
Als strooisel in een groter hok gebruik je een laag stro waar je een gelijk gewicht aan houtkrullen tussen strooit. Met hun gescharrel houden de kippen het los. Vastgelopen strooisel moet worden verwijderd om te voorkomen dat het aan de poten blijft kleven en gaat stinken. In de mestschuif van een kleiner houten hok strooi je een laag houtkrullen. Het houdt de uitwerpselen droog en vergemakkelijkt het verwijderen ervan. In plaats van houtkrullen bieden dierenspeciaalzaken ook vezels aan van vlas, hennep en beukenhout.
Ze zijn evenzeer geschikt als strooiselmateriaal. 
Ook te slapen hebben kippen een zitstok nodig. Voor de meeste rassen is de bekende panlat perfect: de breedste kant (3 cm) bovenaan,de randen iets afgerond. Voor grotere en zeer grotere rassen is iets breder – 4 à 5 cm – aan te bevelen. De kip moet de gelegenheid hebben om de tenen lichtjes rond de zitstok te krommen. Op een fijne ronde stok zitten de dieren niet comfortabel.
Op 1 meter zitstok is plaats voor 4 à 5 kippen van een halfzwaar ras. Spleten tussen het houtwerk en de plaats waar de stokken vastzitten in de muur, zijn de gedroomde broedplaats waar bloedzuigende mijten zich overdag schuilhouden.
Ze moeten regelmatig gereinigd worden en zonodig met insecticide behandeld. Kippen slapen graag hoog. Plaats de zitstok zo hoog mogelijk in het hok, met uiteraard voldoende ruimte tussen de stokken en het dak. De afstand van de zitstok tot de bodem of het rooster én de achterzijde van het hok moet minstens 35 cm bedragen zodat de staartveren niet tegen de wand schuren.
Anders vallen de kippen letterlijk van hun stokje.
Verplicht de dieren vanaf de eerste nacht om binnen te slapen.
Eens ze geleerd hebben om in een boom te slapen, leer je het ze niet meer af! 
Plaats de voederbak en de legnesten eerder laag tegen de rond maar nooit onder de zitstok. Zorg dat ze zowel voor de kippen als voor jezelf gemakkelijk bereikbaar zijn.
Het hok is ook de beste plaats voor de voederbak en een bakje met fijngemalen schelpen en maagkiezel. 
•De ren: loop- en leefruimte voor je kippen
Wie de kippen optimaal van de beschikbare ruimte wil laten genieten, moet de ren of uitloop voldoende groot maken. Minimum 2, liever 5 vierkante meter per kip geeft de dieren de ruimte om hun poten te strekken.
Is je tuin voldoende groot, wees dan wat guller.
Wil je een groene mat behouden in je ren dan is 10 tot 25 m² per dier noodzakelijk. Een oude grasmat heeft een stevige zode die beter bestand is tegen het gescharrel. Bij veel ruimte voor een beperkt aantal dieren, houdt het gras langer stand. Zwaardere kippenrassen zijn minder beweeglijk dan lichte en hebben iets minder uitloopoppervlakte nodig.
Wie een grote ruimte heeft, kan in een deel ervan regelmatig zijn kippen vrij laten rondlopen. Ze pikken wel eens een blaadje mee maar zoeken het vooral in de grond waar ze meteen ook de slakken- en insectenpopulatie in toom houden. 
Opgelet voor modderpoelen
Zware grond draineert slecht en is daarom gevoeliger voor moddervorming dan zandgrond.
Modderpoelen zijn absoluut te vermijden. Als er toch ontstaan, moet je onmiddellijk ingrijpen.
Ze vooroorzaken geurhinder, het zijn haarden van ziekten en het voedsel raakt er besmeurd. Ook andere verontreinigingen zijn te vermijden. Vervuilende stoffen in de bodem worden rechtstreeks of via de wormen door de kippen opgenomen en komen in de eieren terecht. Op plaatsen waar vroeger al eens een vuurtje werd gestookt of waar vuil werd gestapeld, kan je dus maar beter géén kippen laten scharrelen.
Een goede manier om modderpoelen te vermijden en om met een relatief kleine oppervlakte grond de kippen toch regelmatig een groene scharrelloop te bezorgen, is het omweisysteem. De ren wordt in twee verdeeld en terwijl de dieren gebruik maken van de ene helft groeit op de andere helft de nieuwe ingezaaide grasmat. Maak daarbij gebruik van een zaadmengsel voor weidegras. Maai het gras wanneer het te lang wordt. Jong gras is immers voedzamer. 
Een andere mogelijkheid is de uitloop, al dan niet in combinatie met het hok, verplaatsbaar te maken. Om de paar dagen rij je de kippentrein dan een eindje verder over het gras. In de winter of na de oogst van een bepaald gewas kan je het geheel zelfs in de moestuin plaatsen als een biologische onkruid-, slakken- en insectenbestrijdingsinstallatie. Hou je bij het bepalen van de grootte van je constructie aan de minimumoppervlakte voor het hok en ren. Waar de ren ook staat, hoe vaak je ze ook verplaatst en hoe gevarieerd het menu voor de kippen is, de echte “renafstand” wordt er niet door vergroot.
Je kan de dieren natuurlijk ook vrij laten rondlopen in (een deel van) je groentetuin. Afsluiten doe je dan met enkele op maat gesneden stukken afsluitdraad die je samen met enkele lichte palen of betonijzers regelmatig verplaatst. Kies je voor kippenrassen die niet vliegen dan hoeft de afsluiting maar een meter hoog te zijn. Dek je de eerste slaplantjes en het eerste zaaisel af met draad dan kunnen de kippen nog wat langer genieten van de slakken en insectenlarven die zich anders toch aan de jonge plantjes tegoed zouden doen. 
Voor de kleine tuin is een ren niet meer dan een plek waar de kippen de poten kunnen strekken, 2 tot 5 m² per dier volstaan. De grasmat zal er slechts enkele weken overleven.
Kippen die te weinig loopruimte hebben kunnen agressief worden tegenover elkaar. Ze kunnen beginnen verenpikken en ook de leg kan verminderen. Dieren die bij gebrek aan bewegingsruimte niet in goede conditie verkeren, zijn ook gevoeliger voor ziekten. 
Om te vooromen dat je ren verandert in een modderpoel kan je de bodem ervan bedekken met een 10 cm dikke laag gesnipperd snoeihout. Span kippengaas over de bodem voor je de snippers uitstrooit zodat de kippen de snippers niet vermengen met de grond. De snippers absorberen bij hevige regenval het water. Dat vermijdt stank. De structuur van de snippers verzekert immers nog een voldoende verluchting.
Daarenboven kom je zelf ook nooit meer met modderige schoen van bij je kippen. Dit systeem laat toe om ook de uitwerpselen van je dieren te recycleren. De stikstofrijke mest bevordert de vertering van de snippers en wanneer je na enkele maanden of een jaar de laag verteerde snippers ververst, verwerk je deze in je compostbak. Je kan de snippers en mest ook ter plaatste laten verteren en om de zes maanden een nieuwe laag toevoegen.
In de snippers leven allerhande nuttige en –voor de kip- lekkere bodemorganismen zoals wormen en pissebedden. Al scharrelend doorheen het langzaam verterend organisch materiaal van de snippers vinden ze dus steeds weer iets naar hun zin. 
Gun je kippen een plekje levend scharrelgroen
Niets is zo triestig als een kippenren waar geen spietje gras of onkruid groeit.
Er valt voor de kip niets te scharrelen. Kippen die over een uitloop beschikken waar grassen of granen groeien, bewegen zich ook meer.
Ze worden zo minder snel vet. Grassen bevatten veel eiwitten die een goede combinatie vormen met de granen. Gras geeft door zijn volume ook een verzadigd gevoel bij de kip. Gekiemde granen zijn rijk aan vitaminen en een waardevol onderdeel van een evenwichtig en gevarieerd menu.
Het is daarom een goed idee om tussen half februari en half juni in een vorstvrije periode een mengsel van haver, gerst, tarwe en spelt in de kaalgelopen ren te zaaien. In de nazomer vanaf half augustus gebruik je beter rogge, tarwe en spelt.
De gekiemde zaden worden door de kippen de eerste weken naar boven gescharreld en als voedsel gebruikt. Wat niet wordt opgegeten, groeit later uit tot groenvoer.
De hoeveelheid graan die hiervoor nodig is, bedraagt 20 g per vierkante meter plus 1 kg per kip extra.
De granen en zaden kan je in de bodem inwerken met een spitvork of riek.
Als je deze methode toepast, zal je vaststellen dat de bodem beter waterdoorlatend wordt en dat er minder stof ontstaat. Er is ook minder geurhinder en de mest van de kippen wordt opgenomen in het plantenkringloopsysteem. 
Kippen kunnen enorm genieten van een stof- en een zonnebad. Beide zijn van belang voor hun gezondheid. Een stofbad helpt tegen parasieten die zich tussen de veren nestelen. Tijdens een zonnebad wordt vitamine D aangemaakt. Heb je zware grond in je tuin, dan kan je op een droge plek onder een struik of tussen de poten van je houten hok – met vier planken een lage bak maken die je vult met zand(grond) of meet fijn lava- of basaltmeel. 
In het buitenhok kan je een schuine plaat monteren met de opening naar het zuiden. De grond eronder blijft droog zodat de kippen er een stofbad kunnen nemen. Tijdens het “baden” strijken de kippen met de bek hun pluimen glad en brengen er een olieachtige substantie op. Deze wordt uitgescheiden door de stuitklier en maakt de pluimen waterafstotend. 
Kippen zijn van oorsprong boshoenders. Een ganse dag in de volle zon is niets voor hen. Vogels hebben geen zweetporiën. Ze moeten afkoelen door vocht te verdampen via hun bek. Uithijgen doen ze het liefst in de schaduw. Een struik in of naast de ren is daarom ideaal. Plant een inlandse soort zoals vlier die heel wat insecten aantrekt, bladeren en bessen levert en goed tegen een stoot of grondige snoei kan.
Plant je hem in de ren, leg dan rond de voet een stuk afsluitdraad van ongeveer een vierkante meter. Zo scharrelen de kippen hem niet met wortel en al uit de grond. De struik doet meteen ook dienst als beschutting tegen wind.
Denk er wel aan dat kippen de takken als opstapje durven gebruiken om over de omheining te vliegen.

•De omheining
Een goede afsluiting is eenvoudig te maken met enkele palen – om de 2 m – en de nodige meters afsluitdraad. Gebruik afsluitdraad van 1 à 1,5 m hoog voor zware rassen en industriële kippen die niet vliegen en van 2 à 2,5 m hoog voor lichtere landrassen. Door de draad een 10-tal cm in te graven, voorkom je dat de kippen er onderdoor scharrelen.
Als je goede vliegers hebt onder de kippen, voorzie dan een afsluitdraad of tuinnet voor aardbeien als dak van je ren. Het beschermt tevens de kuikens tegen eksters, kraaien en roofvogels. 
Hou vossen en marters buiten
In streken waar roofdieren de kippen belagen, moet je voorzorgen nemen. Omdat vossen en marterachtigen meestal ’s nachts op pad gaan, sluit je de kippen beter op in hun hok van zodra het donker wordt. Ben je in de winter echter zelf vóór het donker de deur uit en pas laat weer thuis, dan is dat niet vanzelfsprekend.
Vogelbescherming Vlaanderen testte in samenwerking met Brussels Instituut voor Milieubeheer (BIM) een prototype van vosbestendige afsluiting uit. Medewerkers van het BIM stelden dagelijks vast hoe vossen langs de omheining van de proefren patrouilleerden meer er geen enkele keren in slaagden de ren binnen te dringen. Surf eens naarwww.vogelbescherming.be 
Vosbestendige afsluiting
Beveilig de ren met stevige en fijnmazige (3 à 4 cm) afsluitdraad van minstens 1,30 hoog zodat de vos er niet in kan.
Bevestig de draad aan de buitenkant van de palen zodat vossen en marterachtigen de ren niet kunnen binnendringen en plooi de bovenzijde van de omheining naar buiten in een hoek van 30°.
Bedek een strook van 40 cm rond het kippenhok – tot vlak tegen de omheining – met tegels of betonplaten. Zo voorkom je dat de vos een toegangspijp zou graven onder de omheining. Vossen zijn wel slim maar ze hebben niet de reflex om vóór de tegels te beginnen graven.
Bron: Ovam



dinsdag 18 maart 2014

Het boek Zorgvernieuwers | Uw coach Clark Kent werkt voor een zorgvernieuwer , en wordt een zorgvernieuwer

Ik werk voor een 'zorgvernieuwer'.
Uw coach werkt voor één van de negen zorgvernieuwers die betere zorg proberen te bieden door Anders te Organiseren. 

Ik werk 'anders' bij één van de negen praktijkverhalen uit het boek Zorgvernieuwers van Jos Benders & Claude Missiaen | Uitgegeven bij LANNOO CAMPUS | ISBN 978 94 014 1086 1.

Het is zo anders , dat het me meteen duidelijk is gemaakt bij de aanwerving en bij het aanvangen van mijn taak als teamcoördinator zorg
Meteen werd ik ondergedompeld in het opzet en de visie van de organisatie rond het opzetten , schikken , regelen van dingen.

'Ik ben geen theoreticus' zegt mijn directeur 'maar ik ben wel gebeten door het idee van vernieuwend organiseren'. 

Coach Clark Kent heeft zojuist een reeks achter de rug over de tien levenswetten, nu ga ik me richten op vernieuwend organiseren
Medewerkers zullen dit interessant vinden.

Het is ook mijn manier om (be)grip te krijgen voor de zeer vlakke moderne organisatie.
Over mijn 'weetjes van de week' zei collega Ster me ooit dat zij ze las als 'Wat heeft Clark deze week geleerd ?'. Zo kun je dat zéker ook bezien ! hahaha. Je leert iets het beste door het aan anderen te leren. 
Ik zit hier trouwens aan tafel met twee tieners die mekaar iets uit school aan het leren zijn.

Ik zal in deze eerste blog mijn eigen functie gauw situeren.
Als teamcoördinator (Team Lead in onderstaand schema) sta ik 'aan het hoofd' van een (woon)eenheid, eigenlijk drie wooneenheden. Ik ben één van de drie lokale stafleden 'onder' de directeur. 

De tien jaar jonge organisatie was bij oprichting klassiek regionaal gestructureerd en dat werkte goed voor een viertal instellingen. Hun succes zorgde voor een groeispurt , en de eens zo goede regionale structuur deed de boel vertragen. Lokale instellingen werden ontevreden, het werkte niet meer.

Ze hebben dan het roer plots omgegooid en resoluut gekozen voor een nieuwe vlakke manier van organiseren.

From Hierarchie To Holarchie (Brian Robertson)


Iedere cirkel is een 'holon' of een bubbel, een bel, verzameling, eenheid. 
Elk holon is een zelforganiserend team met eigen bestuur (gouvernance) en eigen identiteit. 
Waarom werken met zulke zelfsturende teams ? Ze hebben zelfbeschikking en uit de overtuiging 'professionals doen het goede'.

Elk idee, elk protocol komt van beneden uit naar de top. Bij het moeten gaan gebruiken van zo een protocol, voorschrift of werkwijze is het team betrokken geweest in het uitwerken er van zodat de werkwijze ook snel aanvaard en toegepast wordt.

Die protocols zijn soms minder glad dan protocols die uitgewerkt worden door experts-van-boven-af , maar ze zijn er wel snel en zijn geen dode letter en zijn vlot aan te passen.

Gemaakte beslissingen kunnen ook steeds weer opnieuw aan de orde gesteld mogen worden. 
Dat mag omdat de wereld razendsnel verandert. Dat was zo bij computertechnologie, maar nu ook in de zorg ! De bevolking veroudert vlug, jaar na jaar zijn er andere uitdagingen. 

Zorgverleners, mijn medewerkers, zijn geen handenarbeiders meer maar kenniswerkers
Mijn taak als teamcoördinator is hen blijvend te helpen ontwikkelen, mijn bubbels te 'doen' werken zodat het geheel marcheert. 

Het zou dom zijn om sterk bij je besluiten te blijven als de omgeving steeds opnieuw verandert. Het moet allemaal niet perfect maar organisch (zoals in het model 'tekeningetje' van Ken Wilber)

Van beneden naar boven toe werken vraagt heus wel wat organisatie, het is niet zomaar wat, het is alleen anders.

Dus daar zal ik het een tijdje over gaan hebben terwijl ik zelf op ontdekking ben.

Groetjes van uw coach Clark Kent,








donderdag 13 maart 2014

Zorg kan niet zonder Dieren | Therapeutische meerwaarde van dieren bij behandeling, contact en huiselijkheid



Dieren kunnen niet zonder zorg , dat is wat mij vooral te binnen schiet bij het idee om een dier te houden. Beesten houden, is dus niks voor mij.

‘wat mij te binnen schoot’ zou ik moeten zeggen. Ik 'wil' nu wel dieren ! In de Zorg !
Clark Kent is nog geen pet-lover , toch volg even ..

Konijnen heb ik vroeger gehad , die zaten buiten in een hok en een ren. Buiten is goed.
Thuis heb ik twee landschildpadden, buiten , en geef ik alle vogels in de tuin eten. Wij zijn te vaak weg , werken, op school, naar familie voor huisdieren ..

Een huisdier verdient zorg , én baasjes die niet allergisch voor hen zijn. In de Ardennen namen we bijna een jong zwerfkatje onder onze hoede , maar enkele dagen later was het duidelijk we gaan dan levenslang aan de medicatie zitten.

Verwaarlozing is nog erger , zwijg me daarvan ! Als psychiatrisch verpleegkundige heb ik in de jaren tachtig gegruweld van het advies dat veel collega ’s gaven aan psychisch belaste mensen om een huisdier te houden, 
want dan moet je wel buiten, dan heb je gezelschap, dan moet je er voor zorgen. Mis(behandeld) want baasje herviel en hond kwam niet meer buiten en drol overal, of goudvis onvindbaar in kom vol groene soep.

Vandaag dan ook een vreemd genoeg positief stuk over dieren van uw coach Clark Kent.

Zorg kan niet zonder dieren.

Ik vind het zeer toepasselijk als hulpverlener om te pleiten voor het inschakelen van dieren in de zorg als een instrument.

De fondsenwerving zou er volgens G-man zijn, en zij weet er alles van. Als dat zo blijkt te zijn, zal ik er als de 'kippen' bij zijn om het met onze afdelingen voor mensen met dementie te mogen doen. 


Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat zorgdieren een activerende en/of therapeutische meerwaarde bieden op verschillende terreinen: fysiologie, sociaal gedrag, cognitief (verstandelijk), in waarneming, in contact, emotioneel, goed gevoel, structuur en ritme, anatomisch, verbindend

Hoe kan ik u overtuigen want ik heb het zelf gezien als medewerkers hun hondje spontaan mee brachten. Enkele maanden geleden deden we een dieren-dag en mocht iedereen zijn huisdier meebrengen, er kwamen ook dieren van de dierenboerderij. Medewerker Fons vervoerde zelfs een geit en een schaap in de koffer van zijn wagen | iets dat hij nooit meer zal doen !
De oudjes ge-no-ten , ook van het verhaal van die geit in de auto.

Bij beschut wonen waar ik werkte , had men een huis-labrador.


coach Clark Kent geeft je artikels van mensen die er mooi over kunnen schrijven , en hoopt op dieren op de afdeling , en zeker in zijn tuin.








  • Fysiologie
–        Verlaagt hartslag en bloeddruk
–        Kalmerende werking
–        Stressreducerend
  • Sociaal gedrag
–        Bevordert openheid van mensen ten aanzien van hun omgeving
–        Stimuleert interactie
–        Vergroot empathisch vermogen, (inlevingsvermogen in anderen) met name bij kinderen
–        Prikkelt zorgvaardigheden
–        Metafoor voor sociale interacties
  • Cognitief
–        Stimuleert geheugen en communicatieve vaardigheden
–        Vergroot concentratie
–        Algemene cognitieve vaardigheden kunnen worden verbeterd/vergroot
  • Zintuiglijke waarnemingen/lichamelijk contact
–        Fysieke warmte, lichamelijke aanraking voelen van de ander
–        Op een fysieke manier uiten van affecties naar de ander
  • Emotioneel
–        Ervaren van gevoel van verbondenheid met de ander
–        Positief effect op gevoel van eigenwaarde (een dier is niet veroordelend)
–        Emoties uiten en richting geven
–        Dieren kunnen als rolmodel dienen
–        Mogelijkheid tot hechting op een veilige manier vanwege onvoorwaardelijke acceptatie van dieren (m.n. honden/katten)
–        Dieren spiegelen gedrag en onderliggend gevoel
  • Plezier, vrolijkheid, humor, goed gevoel
  • Structuur en ritme
  • Anatomisch
–        Fijne motoriek; bijvoorbeeld aaien, voelen, aanraking, betasten
–        Grove motoriek; bijvoorbeeld opstaan, wandelen,
  • In contact de verbinding aangaan
–        Bevestigend
–        Toegankelijk
–        Het dier brengt de mens in contact met zichzelf